Een scheiding is voor kinderen altijd ingrijpend, hoe oud ze ook zijn. Een scheiding betekent verlies en verandering. Ook kinderen gaan door een rouwproces. Ouders kunnen hun kinderen daarbij zoveel mogelijk helpen. Dat begint al bij het moment dat ze de kinderen vertellen van de scheiding.
Het gesprek waarin ouders aan hun kinderen vertellen dat ze gaan scheiden, wordt wel het paraplugesprek genoemd. Onderzoek wijst uit dat dit gesprek veel impact heeft op kinderen. Daarom is het belangrijk om dit goed voor te bereiden.
Richtlijnen voor het paraplugesprek zijn:
Ouders die gaan scheiden, zijn verplicht een ouderschapsplan te maken. Dat geldt niet alleen voor ouders die getrouwd zijn of een geregistreerd partnerschap hebben, maar ook voor samenwoners. In dat ouderschapsplan moeten afspraken staan over:
Het ouderschapsplan kan op verschillende manieren worden ingevuld, afhankelijk van de situatie en van de leeftijd van de kinderen. Sommige ouders willen alles heel gedetailleerd regelen, omdat dit duidelijkheid schept en discussies voorkomt. Andere ouders maken liever globale afspraken, omdat dit flexibiliteit geeft of beter bij de leeftijd van de kinderen past.
Bij co-ouderschap wonen de kinderen ongeveer de helft van de tijd bij de ene ouders, de andere helft bij de andere ouders. Cijfers laten zien dat een kwart van de mensen die nu gaan scheiden, kiest voor co-ouderschap. Lees hier meer over co-ouderschap.
Er komt steeds meer hulpverlening specifiek voor ouders en kinderen bij scheiding. Vaak wordt die hulpverlening gefinancierd door de gemeente. Zo krijgen ouders die veel conflicten hebben, vaak een traject ouderschapsbemiddeling aangeboden. Hier is een voorbeeld van zo’n traject.