De advocaat overtuigt zijn cliënt van de noodzaak van een constructieve en oplossingsgerichte benadering – al dan niet door mediation – en legt in zijn opdrachtbevestiging vast dat hij steeds van die benadering uitgaat.
Hij werkt toe naar een nieuw en voor alle betrokkenen houdbaar evenwicht. Hij ontmoedigt een opvatting waarbij een familiezaak wordt beschouwd als een zaak die gewonnen of verloren kan.
De advocaat laat het doen van een scheidingsmededeling aan zijn cliënt over. Hij stimuleert de cliënt om op volwassen wijze te blijven communiceren en het conflict beheersbaar te houden. De advocaat stimuleert dat partijen zaken die aan henzelf over kunnen worden gelaten zelf behartigen en dat zij gebruik maken van daarvoor geëigende voorzieningen.
De advocaat maakt duidelijk dat de belangen en rechten van kinderen in het licht van verantwoordelijk ouderschap – uitstijgend boven het conflict over beëindiging van de relatie – worden behandeld. Financiële belangen worden niet vermengd met andere belangen en rechten van kinderen, waaronder met name het recht op omgang.
De advocaat hanteert een professionele distantie, maar de-escaleert waar dat nodig is. Hij onderkent de gebruikelijke emoties, maar wakkert ze niet aan. In correspondentie vermijdt hij taalgebruik dat de wederpartij of zijn advocaat diskwalificeert of als onnodig grievend ervaren kan worden.
De advocaat gebruikt al zijn vaardigheden om conflicten terug te brengen tot hun (juridische) kern en werkt doelgericht naar praktische oplossingen. Hij spreekt andere betrokkenen in de procedure daarop aan.
De advocaat zorgt dat financiële en emotionele kosten zoveel mogelijk beperkt blijven, aan beide zijden.